Hondenbelasting wordt voorlopig niet afgeschaft in IJsselstein
Het werd toch nog spannend gisteravond, in de eerste live raadsvergadering sinds tijden. Het begon met de algemene beschouwingen, waarin sommigen – ook GroenLinks – wezen op het veelvuldig vooruitschuiven van beleidsplannen en beslissingen door het college. Een oorzaak van deze stagnatie is bekend: de ontvlechting van de samenwerking met Montfoort (waar wij tegen waren). Die had tot gevolg dat veel ervaren ambtenaren zijn vertrokken.
Daar komt bij dat de reserves van de gemeente tijdens de eerste jaren van dit college flink zijn geslonken. Dit heeft onder andere te maken met de hoge kosten van de jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning – of beter gezegd de te lage vergoeding voor de taken vanuit de landelijke overheid. Maar waar het hier om gaat: de raad hoort al tijden dat er geen geld is voor nieuwe plannen.
In lijn hiermee kregen de partijen dit voorjaar het verzoek om voorstellen voor de kadernota in te dienen die een bezuiniging zouden opleveren, geen geld zouden kosten of geld zouden opleveren. En wat gebeurt er dan, na een jaar waarin het collegeplan van gratis parkeren (gedurende twee uur, in de parkeergarages) werd ingevoerd? Beleid dat drie ton per jaar kost? Drie partijen, waaronder GroenLinks, kwamen met het voorstel om de hondenbelasting niet af te schaffen. Het overboord gooien van deze belasting, een ander plan uit het coalitieakkoord, zou een ton per jaar kosten.
Na enig gepingpong, waarbij de wethouder herhaalde dat de hondenbelasting een achterhaalde en oneerlijke algemene belasting was, en de indieners herhaalden dat deze belasting feitelijk de kosten van het hondenbeleid dekt, kwam de stemming. En die bleek in het voordeel van de oppositie uit te vallen. Het was voor het eerst dat de minderheidscoalitie zo duidelijk bakzeil moest halen.
Voor alle duidelijkheid: de hondenbelasting is dus niet ‘gered’ om de verhoogde subsidie van Museum IJsselstein te dekken. Daarvoor werd gisteravond bepaald dat die de komende jaren betaald wordt uit het extra geld dat de overheid onlangs beschikbaar heeft gesteld voor met name sociale taken, jeugdzorg en de kosten van de coranacris.