Aanleiding voor de motie van treurnis, die GroenLinks samen met het CDA indiende, was de gang van zaken rond de overgang van de nieuwe raad van toezicht naar de nieuwe, afgelopen zomer. De toenmalig portefeuillehouder sprak met het Fulcobestuur af dat dit bij zijn vertrek een deel van het stichtingsvermogen mocht meenemen. Maar de nieuwe raad van toezicht eiste dit bedrag terug, kort nadat deze op 1 juli was aangesteld – nota bene door de oude raad van toezicht.
De gang van zaken riep meteen vragen op. Er kwam een raadsinformatiesessie in juli. Een debat over de kwestie werd echter om diverse redenen uitgesteld tot oktober. Inmiddels zat er een andere portefeuillehouder, maar deze stelde zich op hetzelfde standpunt als zijn collega in juli: de raad van toezicht handelt onafhankelijk, de gemeente is niet verantwoordelijk voor hun besluiten.
Dat kan formeel juist zijn, vonden wij, maar menselijk gezien had je mogen verwachten dat de portefeuillehouder het oude bestuur en de oude raad van toezicht – op zijn minst – had gewaarschuwd voor het standpunt dat de beoogde nieuw raad innam over het bedrag dat het oude bestuur volgens de afspraak toekwam. Dit is dus niet gebeurd.
Deze ongemakkelijke gang van zaken volgde op een jaar van moeizame communicatie, misverstanden en wantrouwen tussen het oude bestuur en het college. Dit was begonnen met het eenzijdig veranderen, door het college, van de subsidie-overeenkomst met de Stichting. De verandering hield onder meer een korting op de subsidie in. Hierop besloot het bestuur de exploitatie te stoppen in juli 2020, bij afloop van de oude overeenkomst.
Enkele maanden later, in november 2019, besloot de raad dat er een overgangsjaar voor het Fulco moest worden ingelast. Daarin zou het college in goede samenwerking met de Stichting werken aan een nieuw bedrijfsmodel. De subsidie zou dat jaar op het oude niveau worden gehandhaafd.
De goede samenwerking hield niet lang stand. Het Fulcobestuur had onder meer grote moeite met de eis van het college dat het een huurovereenkomst voor 4 jaar moest accepteren, ook al was het voornemens te stoppen in 2020. Zeker, het oude bestuur zal zijn deel hebben bijgedragen aan de slechte verstandhouding. Maar de raad heeft de taak het college te controleren, niet de samenwerkingspartners van het college.
In de motie van treurnis legden we de nadruk op de schade die de gang van zaken heeft toegebracht aan de reputatie van de betrokkenen. Het oude bestuur, en met name de directeur Ed Caris, heeft het Fulcotheater van de grond af opgebouwd en doorontwikkeld tot een theater dat qua aanbod kon concurreren met de theaters in de grote stad. Het is buitengewoon jammer dat er geen waardig afscheid kon worden genomen van deze man die zo veel betekend heeft voor IJsselstein.
Maar hoe verging het de motie van treurnis? De meeste partijen waren het wel eens met de constatering dat de zaken niet fraai waren verlopen, maar men steunde de motie niet. Er was al genoeg gesproken over de zaak, zeiden velen. Een enkeling sprak ook uit dat hij een motie van treurnis een te zwaar middel vond.
Al kreeg de motie niet veel steun, door aandacht te vragen voor deze kwestie in de raad hebben wij een streep kunnen zetten onder deze episode. Nu kunnen wij ons gaan richten op de toekomst van het Fulco. Ook een spannend onderwerp, in deze tijd waarin alle theaters het zo moeilijk hebben.